Wanneer demografie een rol gaat spelen
2 min
Het rendement op Chinese obligaties is voor het eerst gedaald onder dat van de Japanse. Beleggers gokken erop dat de op een na grootste economie ter wereld in een deflatie verstrikt raakt, iets wat haar buurland al lange tijd teistert. Wat is er aan de hand?
De Chinese 30-jaarse rente is gedaald van 4% eind 2020 naar 2,21% eind november 2024, terwijl Beijing de belangrijkste rentetarieven verlaagt om de krimpende economie te stimuleren en Chinese beleggers massaal op zoek gaan naar veilige activa. Daardoor daalt de langetermijnrente nog verder. In Japan bleef het rendement op obligaties jarenlang hangen onder 1%. Maar vorige week steeg het boven dat van China omdat Tokio, na decennia van deflatie, eindelijk zijn monetaire beleid normaliseert. China blijft echter, overigens met weinig overtuiging, vechten tegen de ‘Japanisering’.

Deflatie dreigt
Dat de langetermijnrentes elkaar kruisen gebeurt op een moment dat de Chinese overheid de economische activiteit hoe dan ook tracht te ondersteunen. Daarbij gebruikt ze alle mogelijke instrumenten, namelijk het monetair en fiscaal beleid, en ook het wisselkoersbeleid. Maar sommige beleggers denken dat de deflatie te diepgeworteld zit in de Chinese economie om ze gemakkelijk op te lossen via een fiscaal en monetair beleid. En dat betekent dat de rendementen waarschijnlijk zullen blijven dalen.
Wanneer demografie een rol gaat spelen
Velen denken dat China op het punt staat te verglijden naar een land waar de rente onvermijdelijk laag staat. En dat doet steeds meer denken aan de situatie in Japan in de jaren 90. Toen spatte daar de vastgoedzeepbel uit elkaar, wat leidde tot decennialange stagnatie. Japan kampte toen al met een zwakke binnenlandse vraag door een gebrek aan jonge mensen. Dat is in China nu ook het geval. In oktober bedroeg de kerninflatie er, exclusief energie en voedsel, 0,2% op jaarbasis tegenover 2,3% in Japan. Dat versterkt de argumenten voor verdere renteverhogingen in Japan en nieuwe renteverlagingen in China. Ook de belofte van de verkozen Amerikaanse president Donald Trump om de douanerechten op de Chinese export naar de VS drastisch te verhogen, wordt gezien als een bedreiging voor de groei.
Onvoldoende herstelmaatregelen?
China zal daarom nog wel enige tijd een accommoderend monetair beleid blijven voeren. Ook al hebben de maatregelen om de vastgoed- en aandelenmarkten te stimuleren de rendementen een tijdelijke boost gegeven. China wil alleszins voorkomen dezelfde weg op te gaan als het Japan van de jaren 90. Daarom doet het er ook alles aan om de 'Japanisering' van zijn economie te bestrijden en investeert het massaal in hightech en in groene en elektrische voertuigen om de groei op lange termijn te stimuleren. Sommige Chinese beleidsmakers zien de lage langetermijnrente als een teken van verwachte zwakke binnenlandse groei en van inflatie, en doen er alles aan om dat pessimisme te bestrijden.
Chinese overheid op alle fronten aanwezig
Het is duidelijk dat de deflatoire druk dit jaar alleen maar is toegenomen. Daardoor heeft de regering een reeks maatregelen genomen om de economie weer op gang te helpen. Ondanks de lancering van de grootste monetaire stimulans sinds de coronapandemie en een begrotingsplan van 10000 miljard renminbi (1400 miljard dollar) zijn de obligatierendementen blijven dalen. Dat wijst erop dat binnenlandse beleggers op zoek zijn naar alternatieven voor de zwaar toegetakelde Chinese aandelenmarkten. Op een moment dat ze in de Verenigde Staten beginnen te vrezen voor een terug opflakkerende inflatie, vreest China voor deflatie. We zijn er zeker van dat de Chinese overheid een pak meer zal moeten ingrijpen om het land uit het financiële moeras te trekken. Het is ook niet voor niets dat de centrale bank de afgelopen weken alles in het werk heeft gesteld om te voorkomen dat de yuan zou versterken. Om die reden verhoogde ze verder haar deviezenreserves (en verkocht ze dus ook yuans) om zo de wisselkoers tegenover de dollar te doen dalen.
Het laatste wat het land nodig heeft, is nog een extra belemmering voor zijn export (lees: een te sterke munt). Ook 2025 zal voor China niet gemakkelijk zijn ...
